Uitkijkpunt

Steilrand1

Foto: Wiel Aelen

 

NederlandseVlag

 

Nederlands

DuitseVlag

 

Deutsch

 

De steilrand, een uniek geologisch verschijnsel

U hoort het gedicht “Mijmeringen” van Paul Niessen door hemzelf voorgedragen

Hier staat U bovenop het hoogterras, met een vrij steile helling naar het middenterras en ongeveer 30 meter boven het niveau van de huidige Maas. Achter de spoorlijn daalt het laagterras naar de Maas. Deze terrassen zijn “pas” gevormd door de Maas na de laatste ijstijd. Dit hoogterras is de rand van een plateau dat door de Rijn en de Maas samen is gevormd en dat zich voornamelijk bevindt tussen de riviertjes Roer, Swalm en Niers, van Roermond tot Wellerlooi.

U kunt genieten van een breed panorama met aan de horizon richting westen het jonge windmolenpark bij Neer en Egchel. Bij heel helder weer kunt u recht vooruit de witte toren “Obelisk” zien aan het begin van de Noordervaart in Beringe en naar het noorden achter Venlo de voormalige Villa Flora van de Floriade in 2012, waar nu de Brightlands Campus is gehuisvest.

Steilrand2

En hoeveel kerktorens kunt u tellen?? In de winter natuurlijk meer dan s ’zomers.

Steilrand3

Het hoogterras onder onze voeten bestaat uit diverse zand- en kleilagen met daartussen overal grind van diverse gesteenten uit het hele stroomgebied, een laagjescake van grondsoorten als het ware! De bovenste kleilaag vormt nog steeds een belangrijke basis voor de grondstofvoorziening en fabricage van keramische producten in deze regio.

De Rijn bleef steeds veel westelijker stromen maar had in Midden- en Noord-Limburg allang samen met de Maas een dik pakket klei, grind en zand afgezet vanuit Noordoost-Frankrijk en België. De Rijn voerde grind aan vanuit onder andere de Eifel, Sauerland, Taunus en de Alpen. Dit Rijngrind is herkenbaar aan de hoge concentratie kwarts en de afwezigheid van kalksteen.

Bijzonder aan dit grind is dat het de rode halfedelsteen jaspis bevat. Het oorsprongsgesteente van jaspis komt alleen voor in een klein gedeelte van Duitsland langs de rivier de Nahe, nú een zijrivier van de Rijn.

Een andere aparte Rijnsteen is lydiet die vaak rechte vormen en kanten heeft en er wel een beetje uitziet als een dropje. Goudsmeden gebruikten lydiet vroeger als toetssteen door strepen met het goud te trekken op de steen. Door de spiegeling te vergelijken konden ze het goudgehalte beter schatten…

Beide stenen zijn op Maalbeek op veel plaatsen te vinden. Ga vooral eens speciaal zoeken naar rode jaspis. Dan neem je toch maar mooi een halfedelsteen als souvenir mee van je wandeltocht!!

Steilrand4

 

Steilrand5
Jaspis is bijna altijd glad en glanzend in tegenstelling tot rode zandsteen die grof aanvoelt en er lopen vaak witte kwartsbanden doorheen. Je kunt het verschil dus zien en voelen. Vooral na een hevige regenbui is de kans groot om jaspis te vinden. Er liggen echter ook veel rode scherven van de keramische industrie dus je moet vaak bukken…
Steilrand6
Opbouw van de lagen in de zandgroeve op het hoogterras. In deze groeve zijn ook afzettingen van klei en grind. Dit is allemaal afgezet door Maas en Rijn. Foto: Wiel Aelen

Het ontstaan van deze kleilagen als sedimentatie uit stromende rivieren stamt uit een tijdperk van 2 tot 2,5 miljoen jaar geleden, in de aardgeschiedenis bekend als het ijstijdvak of het Kwartair. Voor menselijke begrippen is dit al héél ver terug in de tijd terwijl de geologische geschiedenis van onze euregio al 300 miljoen jaar geleden begint, al vóór het carboon, toen Europa nog op het Zuidelijk halfrond lag… Vanaf die tijd drijven we nog steeds langzaam naar het Noorden!!

IJstijden zijn perioden in het verleden waarin het klimaat veel kouder was dan nu. Alleen al de laatste 2.5 miljoen jaar zijn het er ongeveer 30 geweest wereldwijd. IJstijden wisselen af met warmere perioden. De ijstijden duren vaak langer dan de warmere periodes, dus een koud klimaat is eigenlijk gewoner dan het huidige warme klimaat! We leven nu echt in een warmere periode, met dát verschil dat de opwarming nu wel erg snel gaat door invloed van de mens! 1,5 tot 2 graad in een halve eeuw is op de geologische tijdschaal extreem snel!

Steilrand7

In de afgelopen 500.000 jaar hebben zich nog 2 ijstijden voorgedaan, het Saalien en het Weichselien. Er zijn ook 3 warme tussentijden geweest en de laatste is het Holoceen waarin we nu leven, en dat begon “pas” ca. 11.500 jaar geleden. In die tijd ontstond ook het gebied dat nu de grote Heldense bossen heet en het Dubbroek, waar U op uitkijkt en de hele keten van stuifduinen langs de oostoever van de Maas. Ze ontstonden doordat de Noordzee toen droog lag en er westenwinden heersten die het droge zand over grote afstanden naar ons toe bliezen. Voor geologische begrippen zijn die duinen dus allemaal piepjong…en de bossen nog veel jonger, gemiddeld 70 jaar.

Door tektonische bewegingen in de aardkorst verplaatste de Maas zich naar het westen en ging deze inslijten in alle vroegere afzettingen en zo is langzamerhand het sedimentatiepakket afgevoerd naar de zee. Zo is deze STEILRAND ontstaan, en vormt daarmee een uniek geomorfologisch fenomeen in Nederland. Er is nog een stukje dichtbij dat zelfs binnen dát proces heel bijzonder is. Het hoogterras is namelijk ter hoogte van het huidige EuroParcs Maasduinen rechts van ons uitgespoeld als een brede puinwaaier en de Maalbekerweg loopt vanaf de voormalige watermolen Maalbeek precies over die puinwaaier omhoog naar de grensovergang. Datzelfde verschijnsel zien we bij de Witte Stein in Reuver en dat hoogteverschil voel en zie je op de Keulseweg. Op de hoogtekaart is dat ook goed te zien.

Steilrand8
Foto: Algemene Hoogtekaart Nederland.

Op deze kaart zijn de rabatten goed zichtbaar als rechte streepjes langs het pad naar Mariahoef. Rabatten zijn greppels en ruggen. De ruggen zijn gemaakt met grond uit de greppels. Op de ruggen kunnen boomsoorten geplant worden zoals eik, populier en naaldhout. Dit wordt toegepast in nattere gebieden om droge stroken te krijgen om bosbouw te plegen. De greppels dienen ter ontwatering.

De keramische industrie ontstond door klei, zand en grind. Al deze sedimentatiepakketten stammen uit de tijden, die in de geologische wetenschap worden aangeduid als het Reuverien, zo’n 3,6 tot 2,5 miljoen jaar geleden, zo genoemd naar de plaats Reuver. Het Praetiglien is het begin van het Kwartair en het Tiglien, zo’n 2,5 tot 1,8 miljoen jaar geleden werden beiden genoemd naar Tegelen. Deze naamgeving ontstond natuurlijk pas in de laatste eeuwen, toen geologie en geomorfologie een vakgebied werden en men zich ging verdiepen in de ontstaansgeschiedenis van onze aarde.

De klei die in Tegelen is afgezet noemt men beekklei of potklei en is bijzonder geschikt voor het maken van keramische producten. Dat ontdekten de Romeinen 2000 jaar geleden toen ze onze streken kwamen bevolken, in de kleilagen in de wanden van de steilrand. In de Romeinse tijd werd in de omgeving van Tegelen met deze hoogwaardige klei bakstenen en dakpannen in veldovens gebakken. Dakpan is in het Latijn ‘Tegula’ en daaraan heeft Tegelen dus in later eeuwen zijn naam te danken.

De kleigroeves liggen aan de Nederlandse zijde in Venlo, Tegelen, Belfeld, Reuver, Beesel en Swalmen en aan Duitse zijde van Nettetal, Kaldenkirchen, Bracht, Brüggen, Elmpt tot Niederkrüchten. In Duitsland kwam veel van de keramische industrie op een wat later tijdstip tot ontwikkeling.

Veel groeves zijn tot de dag van vandaag nog steeds volop in exploitatie want de moderne mens heeft grote honger naar bouwstoffen.

Er wordt nu voornamelijk zand en grind gedolven en nog maar heel weinig klei uit specifieke lagen dat nu alleen gebruikt wordt voor speciale luxe dakpannen.

In het wandelgebied waar we ons nu bevinden zien we overal veel sporen van kleinschalige handmatige kleiwinning uit het begin van de keramische industrie, waaraan Reuver, Belfeld en Tegelen zo rijk waren. De hoogteverschillen op de wandelpaden zijn dan ook meestal door mensenhand ontstaan. Op plekken waar de kleilagen zijn doorsneden door afgraving maar ook door beweging in de aardlagen zijn beekjes ontstaan. Ze worden gevoed door kwelwater dat in Duitsland inregent en instroomt en vervolgens na een lange reis door zand, klei en grindlagen aan de voet van deze steilrand aan de oppervlakte komt als kwelwater. Op sommige plekken zie je het echt opborrelen en voert het onderliggend lichter zand mee, een prachtig gezicht.

Al met al maakt het dit gebied geomorfologisch uniek en bijzonder en kijkt U er wellicht met andere ogen naar tijdens een wandeling of fietstocht.

Wilt U meer weten over de geologische geschiedenis van het Maasdal en de steilrand, kijk dan op https://www.ivn.nl/afdeling/de-steilrand/natuurgebied-maalbeek

 

Tekst: Angelique Aelen-Giesen en Dré Crommentuijn, natuurgidsen IVN de Steilrand

 

Tekst is geïnspireerd op het cursusboek “Landschappen in het Maasdal ”voor IVN de Steilrand en ”Delfstoffen in Limburg”, tijdschrift Grondboor & Hamer van de Nederlandse Geologische vereniging (1989 no. 5-6).

Steilrand9

Die Schlucht, ein einzigartiges geologisches Phänomen

Hier kommt die deutsche Übersetzung