Beugelclub DOS

Beugelclub DOS (Door Oefening Sterk) is opgericht in 1933.

De vereniging heeft momenteel geen clublokaal en is in daarom in ruste.

Contact: voorzitter Jo Peeters.

Telefoon: 06-42100730

Mail: jo-agro@live.nl

De vereniging 

D.O.S. is opgericht in 1933 en beugelde toen op de beugelbaan bij Thei van de Kriémer op de Bolenberg. Op deze beugelbaan, later Café-Zaal De Boer, werd gebeugeld tot 1991 , waarna we noodgedwongen op zoek moesten naar een andere lokaliteit. In Café-Zaal De Meule bleek een ruimte beschikbaar. Doordat je een beugelbaan niet zomaar even kunt oprollen en ergens anders weer uitrollen, moest er een nieuwe baan worden aangelegd. Dit betekende een hele brok werk voor de beugelaars maar vele handen maken licht werk en in 1992 werd er op de nieuwe baan gebeugeld. Doordat in 1997 door verbouwing de beugelbaan moest verdwijnen moesten we weer op zoek naar een geschikte huisvesting. Na veel overleg met alle horeca uitbaters en sportverenigingen met een kantine, kwamen we in De Hamar terecht. Omdat hier een lokaal aan verbouwing toe was, is in perfecte samenwerking met De Hamar in dit lokaal een nieuwe beugelbaan aangelegd. Met wederom veel zelfwerkzaamheid van de leden werd in 1998 de baan feestelijk in gebruik genomen.

D.O.S. bestaat dit jaar 90 jaar en heeft nog een 12-tal leden.

Beugelclub DOS 20221227

De beugelsport

De beugelsport is een oude sport, er wordt al melding van deze sport gemaakt in 1354 en nu zo’n 650 jaar later wordt deze sport nog steeds beoefend. Er hangt rond de beugelsport een historische sfeer. Vaak wordt beugelen in één adem genoemd met oud Hollandse sporten en spellen. De beugelsport wordt tegenwoordig hoofdzakelijk gespeeld op binnenbanen met een lemen ondergrond. 0m te beugelen heeft men niet veel nodig. Een speelveld, de uitrusting en twee spelers. Men kan ook met vier spelers spelen. De uitvoerige spelregels zijn door de Nederlandse Beugel Bond vastgesteld. Het speelveld, ook beugelbaan genoemd, is 10,50 x 5,15 meter. De beugelbaan bestaat uit gestampte leem en is bestrooid met grofkorrelig zand, zodat de bol beter rolt.

2,50 meter voor de achterste band staat in het midden van de baan de beugel. Aan deze U-vormige boog uit stabiel ijzer ontleent het spel zijn naam. De uitrusting
bestaat uit vier bollen van 18 cm doorsnee en een gewicht van maximaal 4 kilo. Deze bollen worden thans gemaakt van kunststof (vroeger hout). ledere speler heeft een houten palet (schop) waarmee hij zijn speelbol moet voortbewegen, d.w.z. duwen en niet slaan. Het spel kan met twee of vier spelers tegelijk gespeeld worden, er zijn echter altijd Vier bollen in het spel. In competitie verband wordt er in teams van zes spelers gespeeld, hierbij speelt één speler van de thuisclub tegen één speler van de bezoekers. ledere speler krijgt dan twee bollen ter beschikking b.v. de één twee witte bollen en de andere twee rode bollen. Bij oefenpartijen en voor ontspanning speelt men meestal met vier personen. Men vormt dan twee paren, elk paar heeft een kleur en de spelers blijven steeds met dezelfde bol spelen. Echter altijd van beurt wisselen b.v. rood, dan wit andere rode en andere witte bol. Of men nu met twee of met vier personen speelt, er moet om de beurt gespeeld worden. Elke bol door de beugel gespeeld vanaf de onderzijde levert twee punten op voor die kleur, wie het eerst dertig punten heeft, heeft gewonnen. Men kan echter niet alleen punten scoren door van onder door de beugel te spelen, maar ook door de bol van de tegenstander in de goot te spelen zonder zelf mee te gaan. Een bol van boven door de beugel gespeeld krijgt twee minpunten. Het spel vertoont duidelijke overeenkomsten met het biljarten. Zo kan men gebruik maken van de bollen van de tegenstander en van de banden. Bovendien is de tactiek welhaast belangrijker dan de techniek.